Geschiedenis
Het Vrijbos in Houthulst, één van de plaatsen die tijdens het bevrijdingsoffensief van september 1918 moeten worden heroverd, is na de oorlog volledig verwoest en wordt in 1920-1922 ontdaan van achtergebleven explosieven en deels herbebost. Het landschap in de wijde omgeving van Houthulst ligt bezaaid met veldgraven en deze gesneuvelden krijgen een herbegraving op de militaire begraafplaats die in 1924-1925 wordt aangelegd. Ze bevat 1.722 Belgische militaire slachtoffers, onder wie 522 onbekende soldaten. Op enkele tientallen na zijn ze allemaal eind 1918 gevallen. Ook 81 Italiaanse gesneuvelden hebben een laatste rustplaats in Houthulst gekregen; zeven van hen zijn niet geïdentificeerd. Deze krijgsgevangenen komen hoofdzakelijk in 1918 om, wanneer de Duitsers ze in de uitbouw van hun verdedigingsstellingen tewerkstellen.
Slachtoffers
1.722 Belgen Eerste Wereldoorlog (522 onbekenden) – 81 Italianen Eerste Wereldoorlog (7 onbekenden)
Beschrijving
The 10-acre Belgian military cemetery is partly enclosed by the Vrijbos and situated next to the barracks of the famous Ministry of Defence demining service. Architects Blondeau and Moreau from the Military Cemetery Service in Bruges designed a six-pointed star crossed by red gravel paths. A red brick wall circles the cemetery. A long central portion of the enclosure consists of a low cast-iron fence and small granite columns. The bluestone tombs with the well-known Belgian bronze plaques are dispersed over dozens of plots. The Italian graves are to be found in the cemetery’s easternmost corner.