Geschiedenis
Na de slag in Halen rukken de Duitse troepen tussen Tienen en Halen naar de Grote Gete op. Drie linieregimenten (het 3e, het 22e en het 23e) krijgen de twijfelachtige eer om de aftocht van het Belgische veldleger te dekken. Ze stellen zich ten noordoosten van Tienen op om de doortocht van de vijand te beletten.
In de namiddag van 18 augustus vallen de Duitsers met grote overmacht de ingegraven Belgen aan. De Duitse artillerie zaait dood en verwoesting in de Belgische rangen en er vallen vele honderden slachtoffers. Vooral het 22e linieregiment betaalt zwaar in deze meedogenloze strijd: het verliest meer dan 50% procent van zijn manschappen.
Na de strijd volgt een overleg met de Duitsers om de doden, die her en der verspreid liggen, op te graven en te groeperen. Niet alleen Belgische maar ook Duitse soldaten krijgen zo een laatste rustplaats in de kerk van Grimde en op de gemeentelijke begraafplaatsen in de buurt van het slagveld.
De grond voor de begraafplaats van Sint-Margriete-Houtem wordt midden 1916 aangekocht. Belgische, Duitse en Franse doden krijgen hier een graf. Momenteel liggen er nog 173 Belgische gesneuvelden (onder wie vier onbekenden), de meesten van het 22e linieregiment. Vele slachtoffers ter aarde besteld in de buurt van Tienen worden ontgraven onder toezicht van Léonard Reynaerts, een jonge Rode-Kruisvrijwilliger die er een levenstaak van maakt om de doden een waardig graf te bezorgen. Talloze gesneuvelden krijgen dankzij zijn inzet een laatste rustplaats in Sint-Margriete-Houtem.
Slachtoffers
173 Eerste Wereldoorlog (4 onbekenden)
Beschrijving
De begraafplaats ligt op een hoogte met zicht op het oude slagveld en is nu, een eeuw na de feiten, weinig van uitzicht veranderd. De lage natuurstenen muur rond de begraafplaats stamt nog uit de tijd van de aanleg. Het (Duitse) standbeeld achteraan de begraafplaats dateert ook uit die tijd. Oorspronkelijk was dit beeld voorzien van een Duitse helm, maar die werd door vandalen verwoest. Het beeld wordt in de volksmond “De Gust” genoemd, een bijnaam ontleend aan het Duitse onderschrift “August 1914” dat natuurlijk naar de gevechten van augustus 1914 verwijst.
De graven liggen in lange evenwijdige rijen met hun grafplaat naar de voorkant gericht. Het centrale pad leidt naar de achterkant van de begraafplaats en verdeelt ze in twee perken.