Geschiedenis
In de eerste oorlogsmaanden van 1914 richten de Duitsers hun grootste aanvallen op de Franse troepen en dat front staat dan onder zware druk. De Belgische legerleiding besluit tot twee grote aanvallen vanuit de vesting Antwerpen richting oostelijk Brabant over te gaan, met wisselend succes.
Om het treinverkeer op de lijn Brussel-Bergen te verstoren, worden kleine sabotagegroepen opgericht. Gezien het grote gevaar dat met de opdracht gepaard gaat, bestaan deze volledig uit vrijwilligers. Per fiets proberen ze via sluipwegen tot aan de spoorlijn te geraken om ze te dynamiteren. Ze slagen in hun opzet, maar de beschadigingen zijn onvoldoende om het treinverkeer permanent te verstoren. De Duitsers gebruiken de lijn veelvuldig voor de aanvoer van hun oorlogsmateriaal en doen er dan ook alles aan om zoveel mogelijk leden van de sabotagegroepen uit te schakelen. Niet minder dan vijftien van hen laten het leven en worden na de oorlog op de gemeentelijke begraafplaats van Masnuy-Saint-Pierre begraven. Negen andere personen, omgekomen op andere plaatsen, worden hier eveneens bijgezet.
Slachtoffers
24 Eerste Wereldoorlog (8 onbekenden)
Beschrijving
De begraafplaats ligt op zo’n 200 m van de dorpskern en wordt omringd door een rode bakstenen muur met een toegangshek aan de straatkant. Het ereperk beslaat het midden van de begraafplaats. De graven, opgesteld in twee bogen, liggen met hun voorzijde naar de ingang van de begraafplaats gericht.
In het midden van het ereperk staat een kruis ter ere van de gesneuvelden dat op 10 september 1926 door prins Karel wordt ingehuldigd.